Tallinn, de hoofdstad van Estland, is de perfecte bestemming voor een stedentrip. Het is rijk aan historie en cultuur, heeft een creatief, rauw randje én is ontzettend gezellig. TripTalks Renée Hoes reisde af naar deze onontdekte stad. Tipje van de sluier? Het eten brengt je naar de zevende hemel. Reis je mee?
Dit artikel verscheen eerder in TripTalk magazine
TripTalk magazine neemt je mee naar bereikbare en betaalbare bestemmingen! Onze vaste reporters geven inspirerende en persoonlijke tips.
Neem nu een abonnement op ons reismagazine en profiteer van de AANBIEDING!
Ontdek het mooie Tallinn in Estland
Als om 06.00 uur mijn wekker gaat en ik met slaperige ogen mijn tanden poets, probeer ik mij nog maar een keer voor te stellen waar ik zo heen ga. Ik sta namelijk over vijf uur in Tallinn, Estland. Een van de drie Baltische staten in Noordoost-Europa. En ja, ik heb echt geen idee wat me te wachten staat.
Eenmaal in Tallin bevestigt onze gids Kristiina vrijwel direct mijn innerlijke verwarring. “Estland staat op niemands bucketlist”, zegt ze. Ik knik, met een schuldgevoel, meteen. Een tip om een weekend naar het mooie Tallinn te gaan heb ik nog nooit gekregen. En zelf heb ik de drang om die kant op te gaan nooit gevoeld. En toch sta ik hier op het vliegveld van Tallinn. Klaar om verrast te worden.
Eten van topkwaliteit
Ik begin mijn stedentrip in een restaurant waar je ‘u’ tegen zegt. In Pull eet je de lekkerste zalm van je leven. Op hout gebakken, afgemaakt met asperges en een citrussaus. Ik zou er voor teruggaan. Al roep ik dit in elk restaurant tijdens deze trip.
Lees hier meer over een reis naar de Baltische Staten, en ontdek de andere landen en steden.
In Tallinn vind je namelijk veel restaurants, waaronder Pull, die door Michelin worden aanbevolen. Schrik niet, dit zijn geen restaurants waar je de hoofdprijs betaalt of alleen opgedoft mag aanschuiven. Een hoofdgerecht kost je in deze restaurants gemiddeld tussen de 15 en 30 euro. Geloof mij: dit eten is van topkwaliteit. En kleding- en andere voorschriften zijn er eigenlijk niet. Je komt zoals je bent. Ook in een T-shirt en met een paar sneakers schuif je zonder gêne aan. De mensen in Tallinn zijn erg nuchter. Goed om alvast te weten: alle restaurants in dit artikel zijn door Michelin aanbevolen.
Koffie en kaneelbroodjes
Na een fijne eerste kennismaking met Tallinn loop ik nog even door het Rotermann district, waar het restaurant zich bevindt. Deze wijk ligt in het hart van Tallinn, tussen de Old Town, de haven en Viru Square. Rotermann voelt levendig en tegelijkertijd rustig. Hier wonen en werken vooral locals. En dus vind je er leuke wijnbarretjes, gezellige terrasjes en verrassende boetiekjes.
Een plek waar je je al snel thuis voelt. En samen met de locals ook in de rij wilt staan bij RØST. Een bakkerij met steengoede koffie en kaneelbroodjes die je al van ver ruikt. Je bent bij deze gewaarschuwd: je moet sterk in je schoenen staan om deze geur te kunnen weerstaan.
Terug in de tijd
Met een kaneelbroodje op zak reis ik door naar Vanalinn, de oude binnenstad van Tallinn. Dit historische centrum staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco en na tien minuten struinen snap ik meteen waarom. Tallinn ligt aan de Finse Golf en kent een rijke geschiedenis door de deelname aan de Hanze, een handelsverbond uit de late Middeleeuwen.
Dit bracht Tallinn veel welvaart en rijkdom. En daarmee ook ontzettend veel aanvallen, met als laatste de Sovjet-Russen aan het einde van de Tweede Wereldoorlog. Je zou denken dat deze aanvallen samengingen met veel verwoestingen, maar niets is minder waar.
Vanuit Estland kun je makkelijk met een ferry naar Helsinki. En bezoek deze steden aan de Oostzee.
Het oude stadscentrum van Tallinn is een van de best bewaarde middeleeuwse stadsdelen van Europa. Kastelen, oude pakhuizen en andere prachtige architectuur uit de 13e en 14e eeuw zijn al die jaren goed bewaard gebleven. De kronkelende straten, sommige nog origineel bedekt met stenen uit 1500, verborgen hofjes en voormalige stadsmuren, brengen je direct terug in de tijd.
Vanalinn is opgedeeld in twee delen, de bovenstad en de benedenstad. Jarenlang werden deze twee delen gescheiden door een enorme stadsmuur en verbonden door twee straten: Lühike Jalg (Korte Been) en Pikk Jalg (Lange Been). De bovenstad wordt ook wel de Domberg of Toompea genoemd en ligt op een groene heuvel.
Hier heb je veel mooie uitkijkpunten als Patkuli en Kohtuosta, die je zicht geven op het oude centrum. In de benedenstad wordt er geleefd. Je vindt er veel pleinen met gezellige terrasjes, pittoreske straatjes en leuke boetiekjes.
Liefdesverdriet
Tip van Flip: drink een kop koffie en eet een stukje marsepein in het oudste café (1864) van Tallinn: Cafe Maiasmokk. Wist je dat ze jarenlang in Estland, en misschien nog steeds wel, geloofden dat marsepein werkelijk alle problemen oplost? Vooral bij liefdesverdriet lag er overal waar je kwam een stukje marsepein voor je klaar. Je zou het er haast om doen.
Lees hier meer over een stedentrip naar Tallinn.
Tiramisu met eekhoorntjesbrood
Toen de avond viel, bewogen we ons naar 38. Bij binnenkomst word je verwelkomd door een honkbalknuppel met de tekst complaints en daarmee is de toon gezet. Dit is namelijk niet zomaar een restaurant. 38 zoekt het randje op, is rauw en tegelijkertijd ontzettend elegant.
Die contradictie komt ook terug in het moderne interieur, met waanzinnige, modieuze muurschilderingen die goed contrasteren met de historische buitenkant en de schilderachtige setting van de oude stad. Een match made in heaven.
De gerechten hebben subtiele Aziatische invloeden en worden gepresenteerd als ware kunstwerken. Qua smaak kun je niet echt de fout in gaan. Al is er een dessert dat je absoluut wilt proeven: A Walk to the Forest. Tiramisu met eekhoorntjesbrood (je leest het goed) en hazelnootijs.
Eilandleven
Op dag twee van deze reis word ik erg vrolijk wakker. Ik ben nu al zo verrast door deze stad dat ik bijna op het punt sta het van de daken te schreeuwen. Ik hou me in en pak mijn tas. Vandaag vertrekken we namelijk naar een van de 2222 eilanden van Estland: Prangli Island.
De meeste eilanden rondom Estland bestaan vooral uit natuur en zijn voor de natuur. Een aantal eilanden, waaronder Prangli Island, kun je bezoeken. Het is een 600 jaar oud visserseiland waar nu nog zo’n 70 mensen wonen. Vooral ouderen en welgeteld zeven kinderen.
Volgens de legende leefden er ooit piraten en rovers op het eiland die zich schuilhielden in een dik sparrenbos. Om van hen af te komen hebben ze het hele bos platgebrand. Een van hen is op wonderbaarlijke wijze ontsnapt, de rest ligt vermoedelijk begraven op de hoogste plek van het eiland Kullamägi. En de schat van de piraten? Die is tot op de dag van vandaag niet gevonden.
Het gewone leven op Prangli is vandaag de dag iets minder spannend dan deze legende. Al is het wel indrukwekkend. Zo zijn er bijvoorbeeld geen bankautomaten op het eiland. Geld komt met de post en het postkantoor is maar drie dagen, anderhalf uur open.
Eten wordt veelal zelf verbouwd en werkelijk alles op het eiland wordt gerecycled. Zo reden wij het eiland over in een zelfgemaakte open air touringcar met stoelen, inclusief pedalen – uit een bus – onder de stoel voor je. Vreemd, maar ontzettend grappig.
Op Prangli vind je gevarieerde en ongerepte natuur. Zo is een groot deel van het binnenland bedekt met dennenbossen en vind je in het westelijke deel juist weer kustweiden met zoutminnende vegetatie. Je kunt er goed vogelspotten, heerlijk wandelen, zwemmen en goed buiten leven. Prangli is een fijne uitvalsbasis als je de stad wilt ontvluchten voor een dag of misschien wel een paar dagen.
Eten in een rubberfabriek
Eenmaal terug op het vasteland was het na een frisse douche en powernap tijd om te eten. Iets waar ik de hele dag, na de voorgaande restaurants, erg naar uitkeek. We schoven aan bij restaurant Barbarea in de Põhjala Factory. Ook wel de oude rubberfabriek op het schiereiland Kopli.
Meer dan 100 creatieve bedrijven vormen hier een waanzinnig cultureel centrum. En wat levert dat op? De tofste en meest inspirerende barretjes, bakkerijen, restaurants en cafés. Veel festivalletjes, evenementen en kunsttentoonstellingen. Én natuurlijk ateliers waar je kunt winkelen.
Shared dining
Barbarea is overdag een bakkerij en ‘s avonds een stijlvolle, ontspannen bistro. Met stip mijn favoriete restaurant. Mede door het moderne slash vintage interieur, gecombineerd met out-of-the-box kunst. Het is edgy en lekker creatief. Maar ook de waanzinnig goede gerechten maakten mij enthousiast.
Lees hier ook over een interrail route door Oost-Europa.
Ze zijn volgens het seizoen, simpel en zitten vol smaak. Denk aan brandnetel gnocchi met peulvruchten en vin jaune saus. Of kardemom tiramisu met mascarpone en rum. Hmm! Barbarea is trouwens het perfecte restaurant als je houdt van shared dining. En als je niet houdt van delen (ja, betrapt!) of weet wat je wilt, kun je de gerechten ook goed ‘los’ bestellen.
Man in onderbroek
Op de laatste dag van mijn reis door Tallinn word ik wakker in een container. Als ik mijn gordijnen opendoe, zie ik mijn overbuurman in zijn onderbroek naar mij zwaaien. Een beetje ongemakkelijk, al moet ik er meteen om lachen. Ik sliep in het Hektor Container Hotel, een duurzaam en modern hotel in het hart van de wijk Telliskivi.
Ook een wijk waar je de creativiteit en het rauwe randje van Tallinn goed leert kennen. Hier word je namelijk op elke hoek van de straat omver geblazen door de mooiste streetart. ‘s Avonds en vooral in het weekend verandert de wijk in een soort openluchtfestival. Op verschillende plekken staan de foodtrucks, buiten barretjes en livemuziek je al op te wachten. Hier moet je zijn voor een hapje, een drankje en misschien wel een dansje.
Ontdek nog andere leuke steden voor een stedentrip in Europa.
Terug in de tijd 2
Vandaag duik ik in de traditionele landelijke levensstijl van Estland in het Open Air Museum. Op zo’n 15 minuten rijden van het centrum staan midden in een bos 14 oude boerderijen. Het openluchtmuseum laat zien hoe gezinnen uit verschillende lagen van de samenleving in de 18e tot 20e eeuw leefden. Het is een echt dorp. Met een kerk, herberg, schoolgebouw, molens, winkels en zelfs een brandweerkazerne.
Mensen lopen er rond in oude klederdracht, je kunt er traditionele Estse gerechten proeven en workshops volgen. Als je vergeet twee keer met je ogen te knipperen zou je haast denken dat je terug in de tijd bent gesprongen.
Naar de kust
Vanuit het bos reis ik door naar de kust van Tallinn. Je raadt het al: het is lunchtijd. En deze lunch nuttigen we bij Lore Bistroo. In een toen onderzeebootfabriek, nu een levendige plek met goede restaurants, ateliers, musea en vele culturele evenementen. Het heeft een mooie haven waar je niet alleen wilt rondlopen, maar ook zeker op een van de terrasjes wilt ploffen voor een drankje. Ik begin me er steeds meer thuis te voelen.
Lore Bistroo is een bistro met karakter. Als je er binnenloopt, wil je het liefst even op de pauzeknop drukken om alles in je op te nemen. Stalen balken, roze velvetbanken, keramieken tegels, betonnen pilaren en een grote open keuken. Dit is je eigen ding doen. Dit is je hart volgen. En ja, die ziel en zaligheid proef je ook terug in het eten.
De gerechten zijn geïnspireerd op de wereldse reizen die de eigenaren hebben gemaakt. En zijn dus anders dan anders. Denk aan kwartel met gegrilde kool, jalapeno-pecanboter, tapenade en romige pastinaak-cashewcrème. Een mondvol, letterlijk. Kun je niet kiezen? Ga voor de Lore Experience en laat je verrassen.
Tallinn is een leuke stad om tijdens de kerst te bezoeken.
Beetje fietsen
Na de lunch staan onze fietsen al klaar voor een fietstocht door de stad en vooral langs de kust. Een fietstour is de perfecte manier om dit gedeelte van de stad te ontdekken. Het brengt je naar de zee, verschillende parken (en dat zijn er nogal wat in het groene Tallinn) en het Kadriorgpaleis.
Nu een kunstmuseum waar je nog steeds de wisseling van de wacht kunt bekijken. In een paar uur tijd weet je alles over Tallinn, waar je wel en niet moet zijn, en ontdek je de favoriete plekken van locals.
Op onze laatste avond eten we bij Tuljak, met uitzicht op zee en de ondergaande zon. Ja, dit wil ik gezegd hebben, want wauw. Wat een locatie en wat een gerechten. Nooit eerder heb ik zo lang gedaan over het eten van vijf dumplings. Dumplings met lam, wijn-botersaus, bieslook, gerookte zure room en chili-olie. Ik wilde niet dat ze opraakten.
Na het eten en de vele cocktails, kleurde de lucht zonder dat ik het doorhad roze en oranje. Ik rende zo snel als ik kon samen met mijn reisgenoot richting de zee, om de allerlaatste zonnestralen in me op te kunnen nemen. Het was een bijzonder einde van een bijzondere reis.
Duik in het onbekende
Tallinn brengt iets in je naar boven wat moeilijk te omschrijven valt. En dus kun je dat het beste zelf gaan ontdekken. Soms moet je namelijk een duik in het onbekende nemen. Voor zover ik weet, word je daar het meest verrast.
Waar onze gids Kristiina het begin van mijn reis door Tallinn aftrapte met de woorden “Estland staat op niemands bucketlist”, pas ik ‘m na mijn ervaring graag iets aan. Estland staat op niemands bucketlist, maar hoort daar wel op te staan.
- Nice to know: Tallinn is niet groot. Vrijwel alles in de stad is in 15 minuten rijden te bereiken, zelfs het vliegveld.
- TIP: boek een rondleiding door Vanalinn. De verhalen van vroeger brengen je echt helemaal terug naar de Middeleeuwen.
Deze plekken in Tallinn wil je bezoeken:
Zoek naar hotels in Tallinn, Estland:
Booking.comHandige websites voor je reis
Dit vind je misschien ook leuk:
Zou jij Tallinn in Estland willen bezoeken?
Tekst en beeld: Renée Hoes
Hola chicos y chicas, ik ben Renée en ik schrijf voor TripTalk. Benieuwd van welke bestemmingen mijn hartje sneller gaat kloppen? Bestemmingen waar de zon hoog aan de hemel staat, de tijd net even iets langzamer gaat en een cultuurshock niet te vermijden valt. Veel leesplezier.
