Ik begin mijn avontuur met de fiets door Maleisië, maar donkere wolken pakken zich samen boven de plattelandsweggetjes vlakbij de stad Pasir Mas in Noordoost-Maleisië. Families zitten samen onder de veranda, er scharrelen kippen rond en er worden vuurtjes gestookt. Een waterbuffel baant zich een weg door het rijstveld, nietsvermoedend van de vogel die op zijn hoofd is neergestreken. Het is mijn eerste avond in Maleisië, het wordt bijna donker en ik heb in dit bewoonde gebied moeite met het vinden van een kampeerplek. Dan breekt de hemel open en word ik getrakteerd op een enorme tropische regenbui. Binnen no-time ben ik doorweekt en kan ik nauwelijks zien waar ik fiets. Oké, wat nu?
‘Jalan Jalan’ door Maleisië
Tip: Als iemand je vraagt waar je naar toe gaat. Antwoord met de woorden ‘jalan jalan’, dit betekent iets als; ronddwalen, zwerven of een uitstapje maken en wordt vaak beantwoord met een grote glimlach.
Ineens hoor ik een vrouw vanuit een stenen huisje roepen dat ik moet komen en zonder aarzelen keer ik om, zet mijn fiets onder een houten afdak en wring mijn haren uit. Ik word verwelkomd door een grote islamitische familie en voor ik het weet zit ik tussen een stapel oude autobanden met een bord noedels voor mijn neus in de keuken.
Als ik aangeef op zoek te zijn naar een kampeerplek worden mijn woorden kordaat weggewuifd; ‘vanavond wordt er niet gekampeerd, je bent nu deel van de familie en slaapt dus hier’ roept de gastvrouw uit. Nadat er een kleurrijke traditionele sarong voor me uit de kast is getrokken, doopt de familie me tot Maleise vrouw en wensen ze me een heleboel gezonde baby’s toe. Ondanks mijn tegensputteringen wordt er een kamer aan me afgestaan en met het gevoel er een nieuwe familie bij te hebben val ik dankbaar in slaap. Welkom in Maleisië.
Fietsen door Maleisië: de route
Vanuit het noordelijke stadje Pasir Mas sla ik af richting centraal-Maleisië en fiets door mijnwerkersstadjes als Kuala Krai en Gua Musang, Ik raas langs ellenlange palmolieplantages, neem een verkoelende duik in de Sungai Lipis rivier, voel me alleen op de wereld als ik over splinternieuwe wegen langs een nationaal park fiets, help mee in een soepkeuken voor daklozen in de stad Ipoh waar ik een paar woorden Chinees leer, slaap op een zeilboot aan de kust van het eiland Langkawi, waan me in Amsterdam aan het Nederlandse kanaal in Melaka, maak kennis met de kruidige Indiase keuken,vergaap me aan de Petronastorens in Kuala Lumpur, probeer tevergeefs met een vrachtschip mee te liften vanuit havenstad Klang en verlaat dit prachtige land uiteindelijk met het vliegtuig richting Sri Lanka.
Net als Thailand is Maleisië een comfortabel fietsland. De wegen zijn goed, accommodatie is betaalbaar en ook hier zijn de 7/11’s (kleine 24- uurs winkels) niet uit het straatbeeld weg te denken. Er zijn machines waar je je flessen voor een dubbeltje kunt vullen met gefilterd water, of waar je je hoofd in kunt stoppen voor wat verkoeling als de zomerhitte je iets teveel wordt.
Lees hier meer over een reis naar het mooie Maleisië.
Naast dat veel mensen redelijk Engels spreken is ook de taal niet moeilijk. Ik kom er al snel achter dat sama sama, graag gedaan en kerupuk, kroepoek betekent. Voor mensen die van eten houden is dit land een smaakparadijs. Op de Maleise avondmarkt kun je nasi lemak proeven, bij de Indiërs krijg je pittige curry’s geserveerd op bananenbladeren en bij het vegetarische Chinese lunchbuffet kun je bijna niet geloven dat de tofublokjes op je bord echt niet stiekem kip zijn.
Islamitisch Kelantan
De noordelijke staat Kelantan is 95% islamitisch en ik baan me een weg tussen witte moskeeën met hoge minaretten en glansrijke koepels waar meerdere malen per dag Allah u-akhbar door de luidsprekers schalt. Op lantaarnpalen hangen geprinte advertenties in sierlijke Arbabische krulletters voor een pelgrimstocht naar Mekka. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door vrouwen in vrolijk gekleurde sarongs en hoofddoeken en mannen in lange gewaden, oranje baarden en witte hoedjes. In de stad Kota Bharu struin ik over de avondmarkt die bestaat uit een wirwar van kramen en gekleurde parasols.
Een verkoper van een bak met blauwe rijst komt niet meer bij als ik met fronsende wenkbrauwen vraag of het eten nog wel goed is en legt me uit dat hij nasi kerabu verkoopt; traditionele Maleise rijst die gemixt is met blauwe erwtenbloem, citroengras en djoerok poeroet. Zijn buurman staat achter grote bakken gevuld met kipsaté, rundvlees-rendang en vissoep (laksa). Verderop bestel ik een stuk martabak, een pannenkoek gevuld met chocola en pinda’s en neem me voor om mijn tanden na deze heerlijke suikerkick een paar minuten langer te poetsen vanavond. Ik hoef me in ieder geval geen zorgen te maken honger te lijden de komende maanden.
Tip: als vegetariër is het een kleine uitdaging om op de islamitische markt te eten. Probeer de woorden ‘tidak daging/ikan/ayam’ wat ‘geen vlees/vis/kip’ betekent en meestal wordt er iets verrassends voor je geïmproviseerd.
Fietsen in Centraal-Maleisië
De volgende ochtend ontbijt ik met roti canai; brood met een kruidige rode curry, bij een wegrestaurantje. Na het grondig bestuderen van mijn landkaart besluit ik, ondanks dat de meeste reizigers via de westkust reizen, door het centraal-maleisië te gaan.
Op mijn weg zuidwaarts strekt een van de oudste regenwouden ter wereld; Taman Negara zich uit voor mijn wielen. De naam betekent letterlijk nationaal park en als je wil kun je hier terecht voor een avontuurlijke trip langs grotten, spannende loopbruggen of voor het spotten van wild. De weg is gloednieuw en los van een paar vrachtwagens volgeladen met dikke boomstammen, kom ik nauwelijks iemand tegen. Ik kijk mijlenver uit over de heuvels die afgewisseld worden met immense kalkrotsen en heb ik me nog nooit zo vrij gevoeld.
Lees ook: reizen langs de hoogtepunten van Sri Lanka
Het stadje Kuala Lipis
Ik word verliefd op het stadje Kuala Lipis dat fungeerde als het centrum van de goudmijnindustrie voordat de Britten in Maleise arriveerden. Onder het genot van een kruidenthee, die bekend staat om zijn verkoelende werking, vertelt een Chinese medicijnman dat zijn verre voorouders in de jaren 1800 naar Maleisië werden gehaald om te werken in de mijnen. Ook Indiërs waren gewild, maar deze werkten voornamelijk op de plantages.
Trots wijst hij naar de familienaam op de luifel boven zijn apotheek en adviseert me vervolgens om kippenvoetjes te gaan eten bij de eetkraam van zijn tante. De weg naar de markt leidt me door het oude centrum langs cultureel erfgoed, koloniale gebouwen en pittoreske gevels. Ik laat de kippenvoetjes voor wat ze zijn en ga me te buiten op een Indiaas maal, geserveerd op een bananenblad. Aan het einde van de dag zet ik mijn tent op langs de rivier net buiten de stad en val moe en voldaan in slaap.
Fietsen door Maleisië: Richting de westkust
Zweetdruppels vallen via mijn kin op het asfalt en maken nog net geen sissend geluid als ze de grond raken. Ondanks dat de moesson me af en toe trakteert op een verkoelende regenbui is het nog volop zomer en daardoor heet. Ik fiets nog steeds door de highlands langs uitgestrekte palmolieplantages en het geluid van een stromend beekje klonk nog nooit zó mooi. Na een verfrissende duik kook ik lunch op mijn benzinebrander en doe een dutje onder de palmboom. Als ik mijn ogen opendoe vallen er zonnestralen door de grote bladeren en voelt het net alsof ik een sprookje ben beland. Wanneer een Indiaas uitziende vrouw me koude watermeloen komt brengen is de magie helemaal compleet.
Zwijgend zitten we een tijdje naast elkaar totdat ze opstaat en me schijnbaar iets wil laten zien. Nieuwsgierig volg ik haar terwijl ze door de plantage zigzagt. We komen uit bij een klein hindoetempeltje waar vijf van haar collega’s wierook branden, belletjes luiden en liedjes zingen. Ze plakt een rode stip op mijn voorhoofd en gefascineerd kijk ik toe hoe de vrouwen hun rituelen uitvoeren. Na tien minuten is het tijd om weer aan het werk te gaan en verwdijnen ze een voor een tussen de bomen. De zon is inmiddels over haar hoogtepunt heen en ik stap weer op de fiets; nog zo’n honderd kilometer fietsen door het landschap van Maleisië voordat ik Kuala Lumpur bereik.
Tijdens een korte stop in de hoofdstad bereid ik me met uitzicht over de bekende Petronas torens voor op mijn trip richting de havens van Klang, het culturele stadje Ipoh en de eilanden Langkawi en Penang. De westkust is, mede door het toerisme, een stuk ontwikkelder en ik ben benieuwd wat deze kant van het land voor me in petto heeft.
Tip: ondanks dat het klimaat per regio verschilt is mei over het algemeen de heetste maand van het jaar en daardoor voor fietsen niet aan te raden.
Een kleurrijke mix in George Town op Penang
Terwijl de Imam van de moskee zijn volgelingen oproept tot het ochtendgebed staan de eerste Chinezen al noedels te bakken bij een van de velen food courts en lopen tulband dragende Indiërs naar hun werk. Het is vroeg in de ochtend en ik loop door de straten van George Town, de multiculturele hoofdstad van het eiland Penang dat langzaam ontwaakt. De stad is populair onder zowel de locals als toeristen en ik snap meteen waarom. Het historische centrum bestaat uit koloniale gebouwen, straatkunst en creatieve koffiebarretjes en er heerst een relaxte sfeer.
Ik strijk neer bij een kedai kopi (chinees koffiehuis), waar ik een teh tarik bestel; de nationale warme drank van Maleisië en kijk geamuseerd toe hoe de zwarte thee met gecondenseerde melk bereid wordt. Een Maleis meisje dat naast me zit krijgt een broodje met jam geserveerd en valt bijna van haar stoel als ik vraag wat dat is. ‘Je gaat me niet vertellen dat je nog nooit kaya; jam van kokosnoot, ei en suiker, te hebben geprobeerd!’, roept ze uit.
Ze bestelt twee porties en ik verbaas me erover hoe lekker deze simpele combinatie is. Als ik wil afrekenen glimlacht de dame achter de balie en schudt haar hoofd, ‘friend paid already’, zegt ze met een zwaar Chinees accent. Ik draai me om mijn nieuwe vriendin te bedanken, maar die is nergens meer te bekennen.
Penang is niet voor niets the place to be als het gaat om eten en ik bestel mijn tweede ontbijt bij een man die boven sissende wok rijstcakejes staat te frituren (char koay kak). Helaas passen de gestoomde en gevulde deegrolletjes van de dim sum boer er echt niet meer bij en ik besluit een extra ommetje te maken om het verteringsproces van dit koningsmaal te stimuleren. Ik kom uit in klein India waar ik overweldigd word door het aanbod van gouden armbanden, tapijten in alle kleuren en maten, bloemenslingers, huwelijksplanners en eetstallen.
Terwijl vrolijke Bombay beats door de speakers schallen doet de verkoper van ‘echte Kashmir-zijden’ sjaals zijn best om me zijn waar aan te smeren. De man is vriendelijk en heeft zo’n leuk Indiaas accent dat ik mezelf besluit te trakteren op een van zijn fleurige omslagdoeken. Met mijn tassen en maag goed gevuld neem ik nog een kijkje bij de zee voordat ik voldaan neerplof op een van de comfortabele banken in mijn hotel. Hopelijk heb ik tijdens lunchtijd weer ruimte voor een volgende ronde.
Tip: er is voor ieder budget in Penang accommodatie te vinden. Kies als het kan voor een hotel dat gevestigd is in een van de gerenoveerde Britse gebouwen en waan je in de koloniale tijd.
Ook bijzonder: op vakantie naar Zuid-Korea.
Nederland in Melaka
Voordat ik Maleisië verlaat maak ik nog een kleine omweg naar de historische kustplaats Melaka. De stad staat bekend om het Hollandse kanaal, de Jonkerstraat en de Portugese St. Paul’s kerk en ligt 150 kilometer ten zuiden van Kuala Lumpur.
Vanaf het terras aan de kade zwaai ik naar toeristen die per boot de grachten verkennen en vermaak me kostelijk bij het zien van een Koreaans stel dat selfies probeert te maken met een groep fladderende duiven op de achtergrond. Even heb ik het gevoel in Amsterdam te zijn, maar dan met een Maleise cendol (zoete koude kokosnootdrank) voor mijn neus. Als de ober me vraagt wat ik allemaal gedaan heb in het land, weet ik niet waar ik moet beginnen. Dan besef ik dat ik maar twee woorden nodig heb en met een grote glimlach kijk ik hem aan en antwoord: ‘Jalan Jalan’. Wat een land.
Fietsen door Maleisië, de afgelegde route:
Wil je nog meer inspiratie voor een fietsreis? Lees dan ook mijn andere bijzondere “fiets” avonturen:
– ‘Waarom fietsen door Thailand zo bijzonder is’
– ‘De magie van fietsen door Zuid-India’
Dit was mijn fietsreis door Maleisië, wil je meer weten? Stel dan gerust een vraag in de comments!
Foto credits: Elske Huising
Elske (30) zegde vier jaar geleden haar baan en huis in Zwolle op en verruilde haar stadse leventje voor een fietsreis door Zuidoost-Azië. Het liefst neemt ze onverharde bergweggetjes en ontmoet zo een gerimpeld stamhoofd in Laos, een olifant in Maleisië en de vriendelijkste monniken in Thailand.
6 gedachten over “Op de fiets door Maleisië”
Ik heb vol bewondering je verslag gelezen. FANTASTISCH wat je zo hebt meegemaakt. Ben benieuwd als Zwollenaar waar je gewoond en gewerkt hebt.
Ik blijf je volgen.
Hoi Wilco,
Wat een onwijs enthousiaste en positieve reactie! Daar word ik blij van!
Ik woonde tijdens mijn gehele studententijd met veel plezier in Assendorp en werkte bij verschillende horecagelegenheden door heel de stad, maar voornamelijk bij Tapasbar La Bodega. Ken je dat? Ik zou er graag nog eens eten! Misschien de volgende keer als ik een bezoekje breng aan Nederland.
Leuk dat je me blijft volgen!
Hartelijke groet.
Elske
Heerlijk om weer met je mee te fietsen. En ja het is een geweldig land
Hoi Ferry,
Bedankt voor je reactie! Het is inderdaad een geweldig land. En er is zoveel lekker eten dat ik altijd blij was dat ik er met de fiets doorheen reisde en dus onbeschaamd alles kon proeven! Wat is jou leukste ervaring?
Warme groet,
Elske
Jalan jalan, wat een verassingen kom je op sie manier tegen Elske!!
Mooi geschreven.
Liefs Rita
Hey Rita!
Wat leuk om ook hier een reactie van je te ontvangen. En ja, de wereld blijft me iedere keer weer verrassen. Ik ben benieuwd welke avonturen me dit jaar te wachten staan. Ik kijk er naar uit om ze te blijven delen!
Liefs,
Elske