In Nederland werden de dagen langzaam warmer, maar voor onze vakantie vlogen wij naar een land waar in april nog sneeuw lag: Zweden. Maar tijdens onze reis zouden wij langzaam de zon achterna reizen, om zo Stockholm, Helsinki, Tallinn, Vilnius en Riga te verkennen. Per vliegtuig, ferry, bus en stepjes, bezochten we zo de 5 hoofdsteden die om de Oostzee liggen.
Bezoek deze steden aan de Oostzee
Aangekomen in Stockholm begonnen we de dag op z’n Zweeds met een kaneelbroodje, voordat we de oude stad bezochten. Dit Gamla Stan is gebouwd in een kleurenpalet van geel, oranje en groen, en was op dit moment bedekt met een dunne laag sneeuw. Hoewel deze wijk vol met koffietentjes en toeristenwinkeltjes erg gezellig is, raken de geplaveide straatjes snel op.
We liepen door naar het Stadshuset, een modern gebouw met uitzicht over het water en de achterliggende huisjes. En een bezoek aan een kroegje om echte Zweedse gehaktballetjes te proberen, konden we natuurlijk ook niet overslaan! Ons bezoek aan Stockholm was echter maar van korte duur, want die avond gingen we al door naar Finland.
Dit keer gingen we per ferry, die ons door de nacht naar Turku zou brengen. Uitkijkend vanaf het dek zagen we de Zweedse lichtjes steeds kleiner worden, waarna we door de kou naar binnen werden gedreven. Gelukkig was er op de boot voldoende vermaak: danseressen, gokkasten… Die ochtend dronken we onze koffie voor het raam dat uitkeek over de met sneeuw bedekte Finse bossen.
De aankomst in Turku maakte wel snel duidelijk dat dit niet een stad was om veel tijd door te brengen. De industrieterreinen werden afgewisseld door flatgebouwen in duizend tinten grijs. We zochten dus al snel de bus die ons naar Helsinki zou brengen, een rit van twee uur langs uitgestrekte dennenbossen.
Het is ook leuk om een interrail route door Oost-Europa te volgen.
De bus zette ons af in de grote winkelstraat, maar na even wandelen kom je al snel in het oude centrum bij de Senate Square. Direct aan dit plein ligt de indrukwekkende Helsinki kathedraal, geheel in het wit.
Een klein eindje verderop kan je de Uspenski kathedraal vinden, de grootste orthodoxe kathedraal van West-Europa. Na alle kerken vonden we het tijd om een ander aspect van de Finse cultuur te ontdekken; haar delicatessen. Deze kan je proberen in Kauppatori, een grote industriële hal waar je naast kaneelbroodjes ook beren-en elandenvlees kan proberen, wat net zo taai smaakt als het klinkt.
Vanaf deze foodhall kan je met een bootje naar een eiland dat vlakbij de stad ligt: Suomenlinna. Tot ongeveer 1800 was Helsinki in handen van de Zweden, en de stad moest beschermd worden voor aanvallen van de Russen. Daarom bouwden ze het forteiland, omringd door beschermmuren in de vorm van een ster. Door deze beschermmuren is het eiland op de Unesco werelderfgoedlijst gekomen, en is nu dus een bekende toeristische attractie geworden.
Door alle oude forten en muren op het eiland, is het nu een soort openluchtmuseum vanaf waar je een mooi uitzicht over Helsinki hebt. Op dit moment wonen er nog wel 900 inwoners op het eiland, en je kan er dus ook gewoon een supermarkt en restaurantjes vinden. Maar het leukste aan het eiland is het minuscule pubje, waar op het moment dat wij er waren toevallig een pubquiz was. Ons gebrekkige Fins belemmerde ons om de hoofdprijs te winnen, maar de sfeer naast het haardvuur tussen alle lokale inwoners werd er niet minder om.
Onze volgende bestemming bereikten we weer per ferry, maar dit keer duurde de reis maar twee uur. De twee Noordelijke steden die we bezocht hadden, Stockholm en Helsinki, vonden we vrij ingetogen.
De aankomst in Tallinn maakte ons meteen duidelijk dat de Baltische Staten een hele andere ervaring zouden zijn. Het weer was zonnig, de gebouwen kleurrijk en de mensen vrolijk. De winter ruilde zich in voor de lente.
Dit zijn leuke steden om met de kerst te bezoeken.
Die avond hadden we een reservering bij een bijzonder restaurant: Olde Hansa. Dit restaurant is volledig ingericht in middeleeuwse stijl. Bij binnenkomst word je begroet door een serveerster in oude kledij, terwijl er op de achtergrond live fluit-en harpmuziek wordt gespeeld. En in 1400 waren er natuurlijk ook nog geen lampen, dus het hele restaurant is verlicht door kaarsen. Maar het meest unieke is de menukaart, die gevuld is met 700 jaar oude gerechten.
Op tafel stonden dus honingbiertjes, vleessoep en roggebrood. Dit kon je wegspoelen met een schnapp, die de serveerster olijk naar je toe komt brengen. Hoewel je aan alles merkt dat dit restaurant een ’tourist trap’ is, was het een trap waar we met veel plezier intrapte. We kwamen er al snel achter, dat Olde Hansa niet het enige middeleeuwse was dat we zouden zien, de hele stad heeft namelijk dit thema.
Het kroegje waar we die avond belandde, serveerde hun bier in grote kruiken, en als je een borrelhapje wilde, kreeg je een stok waarmee je een augurk uit een grote ketel mocht prikken. Was dat niet naar je smaak, dan kon je ook een varkensstaart krijgen. Dat is weer eens wat anders dan een bitterbal…
In het oude centrum mogen zich geen ketens vestigen, waardoor alle winkeltjes die je ziet uniek zijn. Door deze regel heeft Tallinn zijn unieke middeleeuwse karakter goed kunnen behouden, en je kan je makkelijk voorstellen hoe het er 1000 jaar geleden uit had gezien. De geplaveide straatjes brengen je langs de vrolijkste gebouwen, in elke kleur die je je maar kan voorstellen.
Uiteindelijk leiden alle wegen weer terug naar Raekoja plats, waar vanaf de 11e eeuw marktkooplieden hun goederen verkochten. Nu kan je er vooral gezellige cafeetjes vinden, die uitkijken over het oude stadhuis dat in de 14e eeuw is gebouwd en sinds die tijd goed bewaard is gebleven.
Ook het bezoeken waard zijn de vele Russische orthodoxe kerken in de stad, die gebouwd zijn in de tijd dat de Baltische staten onder leiding stonden van het Russische rijk.
Het meest indrukwekkende aan Tallinn is misschien wel de oude beschermmuur, die de hele stad omringt. In veel van de torens zitten nu musea over de lange geschiedenis van Tallinn, maar je kan ook langs de muur zelf lopen, met af en toe een uitzichtpunt over de rode dakpannetjes van de stad.
Deze reis maakte ik met twee van mijn collega’s uit de speciaalbierkroeg waar ik werk. Dit is de grootste speciaalbierkroeg van Nederland, waardoor zelfs in het buitenland de kroeg bekend is. Daarom kregen wij bij Pohjala, de grootste brouwerij van de Baltische Staten, een rondleiding van de eigenaar.
In deze hal in een oude scheepswerf staan biertanks met een inhoud van 50 hectoliter, met daaromheen veel vaten waarop de brouwerij haar bier laat rijpen. We mochten zelfs een biertje rechtstreeks uit de tank proeven, verser kan het niet!
In de taproom kan je 24 bieren van tap proeven, waarvan de meeste zijn gebrouwen met typische Estse ingrediënten, zoals sparrennaalden, appelsap of cranberries. Voor speciaalbierfans deze brouwerij meer dan het bezoeken waard.
Bierliefhebber? Dan wil je naar Pilsen in Tsjechie!
De volgende dag vertrokken we per bus naar Vilnius, niet aan de Oostzee maar wel in een land aan de Oostzee. Deze reis nam de hele dag in beslag, maar vanuit het raam kreeg je veel te zien van Estland, Letland en Litouwen. De bus reed niet over de grote snelwegen, maar over provinciale wegen, waardoor de bossen werden afgewisseld door kleine plattelandse dorpjes.
Na onze aankomst in Vilnius werden we meteen geïntroduceerd aan de lokale cultuur, in de vorm van koude rode bietensoep. Deze Litouwse specialiteit is een soort Baltische variant van Gazpacho, maar dan gemaakt met bieten. Het smaakt een stuk lekkerder dan dat het klinkt, maar mocht je nog sceptisch zijn, kan je dit gerecht in elk Litouws restaurant bestellen!
Ons hotel van die nacht stond naast ‘De Poort van het Morgenrood’, waardoor we onze eerste toeristische attractie meteen konden afstrepen. Deze oude stadspoort is de ingang naar het oude stadscentrum, waarin ook een klein kapelletje te vinden is.
Lees hier over een vakantie naar Litouwen.
Deze kapellen en kerken in Vilnius zijn een stuk minder bescheiden dan die van ons. Zo is het hier helemaal niet raar om je kerk knalroze, of groen van binnen te verven.
Vilnius is vrij groot qua oppervlakte, maar wij hadden elektrische stepjes gehuurd, zodat we alle hoogtepunten in korte tijd konden bezoeken. Zo kwamen we langs de wijk Užupis, wat bekendstaat als het Montmartre van Vilnius. Deze wijk werd in 1997 uitgeroepen tot zelfstandige republiek door de artiesten die er woonden, en elk jaar op 1 april wordt hun onafhankelijkheidsdag nog steeds gevierd.
Door de brug over de rivier Vilnele over te steken, kom je in deze republiek, die nog steeds haar eigen president, overheid, grondwet en munteenheid heeft. Ook had Užupis haar eigen leger van ongeveer 10 man, maar door de vredelievendheid van het staatje is dit leger onlangs afgeschaft.
Ontdek meer leuke steden voor een stedentrip in Europa.
Het feit dat het parlementsgebouw zich huisvest in een pub geeft goed aan hoe deze republiek in elkaar zit, en de artisticiteit van de wijk is dan ook goed te voelen als je langs de mix van Sovjet-gebouwen en kleurrijke huizen loopt.
We stepten verder naar de Vilnius Kathedraal. Hoewel deze kathedraal ten tijde van de Sovjet bezetting een warenhuis was, wordt het nu weer gebruikt voor z’n oorspronkelijke doel. Door de grote, witte zuilen heeft het gebouw veel weg van een Romeinse tempel, en met de 57 meter hoge klokkentoren die er naast staat, is er op dit complex genoeg te zien.
De volgende bestemming was de Gediminas’ toren, vanaf waar je een mooi uitzicht hebt over zowel de oude als de nieuwe stad, wat goed het contrast laat zien tussen de twee. Maar ook zie je vanaf hier ‘De Heuvel met de Drie Kruizen’ waarop, zoals de naam al suggereert, drie gigantische, witte, kruizen te bewonderen zijn.
De laatste bestemming was Riga, de hoofdstad van Letland, waar we weer per bus heen gebracht werden. Het bereiken van het busstation was al een avontuur op zich, aangezien de bustickets in het Litouws waren. Wat wij dachten dat de naam van het busstation was, bleek ‘vertrekhal’ te betekenen, en dus zette de taxi ons af bij het vliegveld. Gelukkig was dit niet ver buiten de stad, en haalden we de bus met twee minuten over.
Deze rit was slechts vier uur, en in de middag waren we dus al in Riga. De bus kwam aan naast de centrale markt van Riga, een markt die zich bevindt in een oude vliegtuighangar waar per dag bijna 100.000 mensen hun boodschappen doen. Maar naast alledaagse boodschappen, kan je hier ook Letse delicatessen proeven, zoals augurk of roggebrood.
Ook leuk: een stedentrip naar Boedapest.
Naast dit industriële gebouw, zijn er in Riga ook genoeg oude gebouwen. Zoals het House of Blackheads, wat op dit moment functioneert als het presidentiële paleis. Of de Drie Broers, drie huizen die alle drie uit een andere periode van Riga stammen, en dus goed de ontwikkeling van de architectuur in de stad laten zien.
In de middeleeuwse binnenstad heeft vrijwel elk gebouw een monumentale status, waardoor het oude centrum van Riga een plaats heeft veroverd op de Unesco Werelderfgoedlijst.
Naast de Middeleeuwse gebouwen, kan je in de stad ook gebouwen zien in de stijl van Art Nouveau, die net voor de Eerste Wereldoorlog gebouwd zijn. Tussen 1900 en 1914 was er in Letland namelijk een periode van snelle economische groei. Dit zette zich om in het versieren van hun gebouwen met de mooiste details, vooral geïnspireerd op de natuur en mythische figuren.
Een derde van de gebouwen is in deze overdreven gedecoreerde stijl gebouwd, waardoor Riga de hoogste concentratie Art Nouveau gebouwen van de wereld heeft. Langs de Alberta Iela staan veel gebouwen in deze stijl, maar door de stad rond te dolen, kom je zeker een van de 800 gebouwen in de stijl tegen.
Of kies voor slow travel per trein door Oost-Europa: langzaam reizen, rustig genieten.
Tijdens onze stedentrip om de Oostzee kwamen we langs een grote verscheidenheid aan steden. Stockholm en Helsinki zijn vrij ingetogen, maar in de Baltische Staten zitten de steden vol met leven. Tallinn, Vilnius en Riga zijn drie steden die niet snel overwogen worden voor een stedentrip. De kneuterigheid van deze steden, met al hun gekleurde huisjes en gezellige terrasjes, maken deze steden echter een bestemming waar je je ogen uit zal kijken.
Gelukkig weten nog niet veel mensen dit, waardoor je de steden in alle rust kunt bekijken. Voor iedereen die van gezelligheid, prachtige gebouwen en goedkope biertjes houdt, is een bezoek aan de hoofdsteden van de Baltische Staten meer dan aan te raden!
Dit vind je misschien ook leuk:
- 5 tips voor een magische vakantie in Lapland
- Waarom je naar Helsinki moet voor een weekendje weg
- Verrassend: een stedentrip naar Tallinn
- 8x leuke en goedkope steden in Europa
- Tallinn in Estland, een charmante stad vol onontdekte parels
Zou jij deze steden aan de Oostzee willen bezoeken?
Reizende student die haar boekenwijsheid aanvult met wereldwijsheid. Heeft een voorliefde voor glamrock en weet meer van speciaalbier dan jij. Voelt zich thuis in een vreemd bed, een cowboyhoed of onder een sterrenhemel. Voelt zich gelukkig achter in een tuktuk, op het zadel van een motor of achter het stuur van een Jeep, om zo plekken te beschrijven waarvan ze het bestaan nog niet kent.